‘Nieuwe Partnermelding’ opnemen in ouderschapsplan?

Als coach begeleid ik naast stiefgezinnen ook stellen bij het opstellen van het ouderschapsplan. Tijdens deze gesprekken bespreek ik al een aantal jaren de zogenaamde Nieuwe Partnermelding: “hoe en wanneer meldt je de komst van een nieuwe partner”. In het…

Als coach begeleid ik naast stiefgezinnen ook stellen bij het opstellen van het ouderschapsplan. Tijdens deze gesprekken bespreek ik al een aantal jaren de zogenaamde Nieuwe Partnermelding: “hoe en wanneer meldt je de komst van een nieuwe partner”. In het ouderschapsplan neem ik hiervoor heel bewust een passage op.

Waarom?
De komst van een nieuwe partner kan veel betekenen op emotioneel vlak -voor kinderen én (ex-) partners- en heeft gevolgen op praktisch, soms ook op financieel of op juridisch niveau.

Soms kiest men uit gemak, onverschilligheid of uit angst voor een confrontatie ervoor om de melding van de nieuwe partner via de kinderen te laten verlopen. Soms (per ongeluk) hebben de kinderen de nieuwe partner al eens ontmoet maar mogen ze het de andere ouder nog niet vertellen. Als je de melding via het kind laat verlopen is het gevolg dat de kinderen de eerste, vaak pijnlijke reactie moeten opvangen. Dit is voor het kind erg belastend en versterkt de loyaliteitsproblemen van het kind.

Soms kan het achterwege laten van de Nieuwe Partnermelding leiden tot juridische problemen. Als bijvoorbeeld in het ouderschapsplan is afgesproken dat de ouders elkaars eerste aanspreekpunt zijn op het moment dat een van de ouders -om wat voor reden dan ook- de kinderen bijvoorbeeld niet kan ophalen of kan ontvangen op de afgesproken dag. Als dan opeens de nieuwe partner de kinderen ophaalt of ontvangt, zonder dat dit overlegd is, kan dit tot verzet leiden bij de andere ouder. Dit kan de kwetsbare relatie tussen de ex-partners onder druk zetten of zelfs een strijd over de wijziging van de invulling van de zorgverdeling tot gevolg hebben.

Op financieel vlak kan het bijvoorbeeld betekenen dat de afspraken rondom de kinderalimentatie moeten worden herzien. De stiefouder kan -als zijn/haar stiefkind tot zijn/haar huishouding behoort- onderhoudsplichtig zijn.

Tijdens de gesprekken over de Nieuwe Partnermelding vertel ik daarom altijd hoe belangrijk het is om zelf aan de andere ouder te vertellen dat er sprake is van een nieuwe partner. Je geeft hiermee de andere ouder het gevoel dat je hem of haar serieus neemt en respecteert in het ouderschap. Omdat je het zelf vertelt kun je ook zien wat de reactie van de ander is. Ook kun je samen overleggen wat er mogelijk kan, gaat en vooral mág veranderen en tevens wat een goed moment is om het de kinderen te vertellen. Indien de verstandhouding tussen de partners goed is, zou je dit laatste ook sámen kunnen doen. De kinderen merken dan dat de ouders gesproken hebben over de nieuwe partner en dat vermindert de kans op loyaliteitsconflicten.

De Nieuwe Partnermelding: recht doen aan het kerngezin én het nieuwe samengestelde gezin
Als stiefcoach ontmoet ik in mijn praktijk regelmatig stiefouders die tegen verzet aanlopen bij stiefkinderen en/of bij de andere ouder (ex-partner van zijn of haar nieuwe liefde) die bij navraag o.a. voort komt uit een niet ‘goed geplande’ óf te snelle introductie. Ik zie daarom de Nieuwe Partnermelding ook als een positief duwtje in de rug van het nieuwe samengestelde gezin. Immers, de komst van de stiefouder is ‘aangekondigd’; hij of zij mág er zijn. De kinderen en de andere ouder weten van zijn of haar bestaan waardoor de stiefouder niet het nieuwe gezin binnenkomt met een 1-0 achterstand met bijvoorbeeld uitsluiting van de stiefouder of loyaliteitsconflicten tot gevolg.

Met het opnemen van de Nieuwe Partnermelding in het ouderschapsplan -hoe precair het onderwerp tijdens het opstellen ervan soms ook is- doe je recht aan zówel het kerngezin als aan het nieuwe samengestelde gezin.

Deel dit artikel op...

Linkedin WhatsApp